Mannen
Ik wil het eens hebben over mannen die hun midlifecrisis op een originele manier uitleven. Niet in een tweede leg of op een motor maar met sport, bijvoorbeeld tijdens het spinnen. Spinnen is niet wat Doornroosje en de molenaarsdochter in het sprookje van Repelsteeltje deden. Spinnen is zo hard mogelijk fietsen op een stilstaande fiets. Er is keiharde muziek en er is een instructeur die de spinners helse opdrachten toeschreeuwt (STAANDE KLIM! EN NOG EEN TIKKIE VERZWAREN! MET JE BILLEN BOVEN HET ZADEL HANGEN!). Ik heb wel eens gehoord dat er sportscholen zijn die in de spinzalen video’s draaien van wat je voor je ziet als je de Mont Ventoux beklimt en dat er sadisten zijn die het verzet op de fietsen in die zalen verzwaren wanneer de klim in het echt ook zwaarder wordt. Niet dat ik die verhalen geloof.
Maar goed.
Toen ik voor mijn eerste uurtje spinnen de zaal binnenkwam,
was er nog maar een fiets vrij, naast een man van mijn leeftijd die me hielp
bij het afstellen van zadel en stuur. We maakten een praatje tijdens de
warming-up en ik dacht nog dat ik bofte met zo’n nieuwe vriend. Totdat het
echte werk begon. Hij had geen handdoek bij zich. En hij zweette. Zo heftig dat
bij het sprinten (HARDER! DRAAIEN MET DIE BEENTJES! EN NÓG EEN KEER
VERSNELLEN!) de druppels in het rond spetterden, tot op mijn armen en benen.
Zijn shirt was niet van dri-fitmateriaal en hij was overduidelijk geen
gebruiker van deodorant. Hij had wel felgroene wielrenschoentjes aan.
Een ander voorbeeld. Grote groepen wielrennende mannen (ze
noemen zichzelf ongetwijfeld pelotons) die op zondagochtend over de dijk razen.
Ik moet eerlijk zeggen dat ik het wel interessant vind, die mannen die mij
allemaal groeten als ze mij inhalen, me soms zelfs iets bemoedigends toeroepen
als ‘goed bezig hoor’, het geratel van de derailleurs, het zoeven van de wielen
en die geschoren, bruine kuiten. Maar waarom hebben ze shirtjes van Jumbo-Visma
aan, soms zelfs in XXL? Waarom rijden ze op ultralichte carbonfietsen met
supergestroomlijnde zadels die je bijna niet ziet omdat hun veel te dikke
billen eromheen gevouwen zitten? En waarom moet het zo hard dat er altijd een
paar achteraan bungelen, hijgend en rochelend (maar op die mooie fietsen toch
veel sneller dan ik op mijn derdehands racefietsje)?
Afgelopen weekend kwam ik tijdens het hardlopen langs een
pannakooi waarin een clubje veteranen voetbalde. Het was vooral een hoop
herrie, geduw en getrek maar mijn blik werd als door een magneet getrokken naar
een van hen, een man die van top tot teen, dus inclusief kousen, gehuld was in
het Ajax-uittenue van dit seizoen. Hij had grijze stoppels op zijn hoofd en
zijn gezicht en een embonpoint ter grootte van een middelgrote skippybal.
Wat bezielt die mannen? De gedachte dat ze door zo opzichtig
te sporten de aftakeling op afstand houden? Dat ze een jongere versie van
zichzelf worden in de jacks en broekjes die hun idolen, die afgetrainde,
dertigjarige topsporters, ook dragen? Of misschien krijgen ze die spullen wel
van hun vrouwen, die niet weten wat ze hun anders cadeau moeten geven en die
allang blij zijn als hun mannen een paar uur het huis uit zijn.
Natuurlijk geldt dit niet voor alle oudere sporters. Er zijn
ook mannen die echt snel, sterk en sportief zijn. Maar die vinden het juist een
teken van zelfbewustzijn om in slordige outfits te trainen.
Hoe ik al die mannen heb gadegeslagen, trouwens? Eh… terwijl
ik aan het sporten was.
Reacties
Een reactie posten