Posts

Posts uit januari, 2021 tonen

Gedicht

Afbeelding
 In het kader van gedichtendag en ook omdat het moet van de jaarplanning stond vandaag poëzie op het programma. Ik had mijn klassen indringend toegesproken toen ik vorige week het huiswerk opgaf: ze moesten een gedicht uitkiezen dat ze mooi vinden. In groepen zouden ze dat aan elkaar voorlezen, uitleggen waarom juist dat gedicht en de andere groepsleden zouden dan iets uit elkaars gedichten opschrijven wat ze raakt: een mooie zin of misschien alleen maar de reden waarom het de ander ontroert of gelukkig maakt. Ik zag sommigen al dramatisch met hun ogen rollen maar ze hadden vandaag alle 76 een gedicht uitgezocht. Hoezo ongemotiveerde snapchatjeugd? Er zat van alles bij: De Dapperstraat van J.C. Bloem natuurlijk, maar ook Tijdelijk van Tim Hofman: Gelukkig stierf hij / op de laatste dag / van zijn leven. / Elk ietsje eerder / was zonde geweest, / al was het maar / heel even. Een meisje had me eerder deze week al gevraagd of ze ook de gedichten van haar terminaal zieke oma mocht voor

Groet

Afbeelding
  Sinds het begin van de tweede lockdown zet ik na mijn lessen, rond halfeen, mijn laptop uit. Ik eet mijn boterhammen en ga dan een rondje wandelen. Stevig tempo, neus in de wind, hoofd leeg en handen en voeten die na een ochtend stilzitten weer opwarmen in de kou. Ik ben niet de enige. Er is iets wat me opvalt. Ik probeer het te voorspellen als ik iemand in de verte zie aankomen maar ik kan er geen patroon in ontdekken: de manier van groeten. Boeiend vind ik die. Motorrijders groeten elkaar. Zeilers. Vrachtwagenchauffeurs ook. Toen ik een tijdje in Utrecht hardliep, viel me op dat daar minder gegroet wordt dan hier – het vleesgeworden verschil tussen stad en platteland, zou je denken. De een zegt goedemiddag, de ander hoi of hai of hallo of goeiedag en weer een ander knikt, glimlacht of steekt zijn hand op. Er zijn er ook – en dat fascineert mij toch zo – die helemaal niks zeggen. Kijk, van een stel dat in een moeilijk gesprek is verwikkeld (hij praat zacht en dringend met grote ha

Jaap

Afbeelding
 ‘Hoi!’ Ik draai me om en zie een jongetje met een hond. Hij heeft tondeusehaar, chocoladepasta in zijn mondhoeken, draagt een jas met moddervegen en te kleine laarzen. Zijn hondje is zwart en klein en het springt natte pootafdrukken op mijn broek. ‘Het is alleen maar water hoor,’ zegt hij, ‘als het is opgedroogd zie je er niets meer van.’ ‘Ja joh,’ zeg ik, ‘geen probleem. Koud he?’ Hij heeft blossen op zijn wangen en er hangt een druppel aan zijn neus. ‘Ja,’ zegt hij. ‘Ik had helemaal geen zin om naar buiten te gaan maar ik zat al de hele dag achter de computer en toen hadden we geluncht en toen zei mama dat ik met de hond moest gaan wandelen en dat wou ik eerst niet maar nu ik buiten ben is het best wel lekker even een frisse neus en het is ook goed voor de hond, zegt papa altijd, dat hij lang wordt uitgelaten want dan is hij niet zo druk als wij met z’n allen thuis zijn…’ Buiten adem haalt hij zijn neus op en hij huppelt naast me over het pad. ‘Ik heet Jaap en mijn hond heet Puc